[column] Headroom is wat je van je bureau moet eisen

Ik heb onderdelen op Marktplaats bijeen gescharreld en mensen bij mij in de studio klagen regelmatig dat ‘die zooi’ in de weg staat. En lelijk is.

Echte waardering voor genres als drum&bass en LA bass music gedijt bij ziekmakend luide reproductie van lage tonen. De meest recente toevoeging aan het geluidssysteem (voor de nerds: twee 18 inch subwoofers met achterwaarts gevouwen hoorns, zogenaamde W-bin kasten) leerde me iets fundamenteels.

Totdat ik, met die laatste uitbreiding, de klap-in-de-maag capaciteit van de set opschroefde had ik altijd een knagend gevoel van onbehagen. Was het geluid nou gewoon heel goed, of was het geweldig? Was het het beste wat er is? En, hoe zou ik dat dan weten, want ik had tenslotte alleen maar dít systeem? Nu ik een soort Bass Lovers Expansion Pack heb aangeschaft weet ik pas zeker dat ik het beste heb wat er is. En dat ik niks méér of anders hoef. Want als ik dit systeem op 4 zet trillen de oogballen in je kassen. Je kan mij niet gelukkiger krijgen.

Maar de mogelijkheid achter de hand hebben om ‘m in vol vertrouwen op 6 te zetten, dát is headroom. Headroom, of overcapaciteit, geeft je het geruststellende gevoel dat er veel meer is waar dit vandaan kwam. Dat we niet in de buurt komen van enige begrenzing. Dat geeft een heerlijk soort zekerheid, het geeft vertrouwen en laat je handenwrijvend uitkijken naar wat er komen gaat.

De capaciteit van personenliften zijn feitelijk veel hoger dan dat in de lift vermeld staat. Dat zorgt er voor dat het hele systeem nauwelijks slijt en superstabiel werkt. Headroom. Onderuitgezakt cruisen een auto met een V8. Headroom. Moeite hebben met kiezen in een restaurant omdat alles op de kaart heerlijk klinkt. Ook headroom.

Headroom is wat marketeers zouden moeten verwachten van hun bureaus. Van een groot merk-idee. Van een strategie. Van een campagne-platform. Die moeten zijn ontworpen als ‘the gift that keeps on giving’: kijk er naar vanuit een andere hoek en pats!, een pluim roze rook en een kakelvers idee vanuit dezelfde grondgedachte openbaart zich.

Dit is wat 'Culinaire Identiteit meeneemt naar de wereld van food & drinks advertising. Het vertelt de mensen die het merk en haar verschijningen vormen en kneden hoe en wat. Een 'Culinaire Identiteit' fluistert makers en denkers in hoe om te gaan met product, van food stylisten tot UX-ers. Dus, lieve food marketeers van Nederland, schroom niet en vraag ons gerust om 'headroom'.

En hoe je headroom meet? Dat kan dus niet. Je herkent het wel als het eenmaal hebt: het voelt als overdadig dineren in en met een V8 aangedreven lift met aanstellerig harde bas als achtergrondmuziek. Heerlijk.

Olaf van Gerwen
founder bureau Chuck Studios

beeld: Brett Jordan / Unsplash